De AOW-leeftijd gaat vanaf volgend jaar sneller omhoog: naar 66 jaar in 2018 en 67 jaar in 2021. Zowel de Eerste als de Tweede Kamer hebben ingestemd met het wetsvoorstel van staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
De staatssecretaris stemde in met een verlenging en verruiming van de overbruggingsregeling. Dit betekent dat de huidige overbruggingsregeling, die in 2019 zou aflopen, nu in 2023 zal eindigen. Bovendien zal de regeling ook worden opengesteld voor mensen, die tussen 1 januari 2013 en 1 juli 2015 met VUT of vroegpensioen zijn gegaan, voor het AOW-gat dat door de versnelde verhoging ontstaat. De oorspronkelijke overbruggingsregeling gold alleen voor mensen, die vóór 2013 met vervroegd pensioen waren gegaan.
Om te voorkomen dat mensen, die zich niet hebben kunnen voorbereiden op de verhoging van de AOW-leeftijd, een al te grote inkomensterugval zouden krijgen, is er een overbruggingsregeling. Deze regeling biedt mensen, die geen of te weinig (gezamenlijk) inkomen hebben in de periode tussen 65 jaar en de verhoogde AOW-leeftijd, ter overbrugging een uitkering op minimumniveau. Voor alleenstaanden is de inkomensgrens tot 200% van het wettelijk minimumloon (WML). Dat is een bedrag van € 3.003,60 bruto per maand. Voor samenwonenden geldt een gezamenlijk inkomensgrens van 300% van het WML. Dat is een bruto maandbedrag van € 4.505,40.
De AOW-leeftijd wordt vanaf 2016 in stappen van 3 maanden verhoogd en vanaf 2018 in stappen van 4 maanden. Daarmee wordt de AOW-leeftijd 66 jaar in 2018 en 67 jaar in 2021. Vanaf 2022 wordt de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting. De verhoging vindt plaats volgens onderstaand tijdspad:
Verhoging in
Verhoging in maanden
AOW-leeftijd
Betreft personen geboren:
2013
1
65 +1 maand
na 31 december 1947 en voor 1 december 1948
2014
1
65 + 2 maanden
na 30 november 1948 en voor 1 november 1949
2015
1
65 + 3 maanden
na 31 oktober 1949 en voor 1 oktober 1950
2016
3
65 + 6 maanden
na 30 september 1950 en voor 1 juli 1951
2017
3
65 +9 maanden
na 30 juni 1951 en voor 1 april 1952
2018
3
66
na 31 maart 1952 en voor 1 januari 1953
2019
4
66 + 4 maanden
na 31 december 1952 en voor 1 september 1953
2020
4
66 +8 maanden
na 31 augustus 1953 en voor 1 mei 1954
2021
4
67
na 30 april 1954 en voor januari 1955
De regelgeving en de veranderingen daarin kunnen complex zijn en soms lastig te vertalen naar de praktijk. Hebt u vragen over de wijzigingen betreffende de AOW of wilt u juridisch advies over uw persoonlijke situatie, neem dan contact op met Mieke Bosma van Rechtsgevoel!